zondag 26 februari 2017

Nog wat malen op De Hoop

Afgelopen week kon ik het boek Molens van Ir. F. Stokhuyzen op de kop tikken. Dit is de 5e druk uit 1981, maar het boek verscheen eigenlijk al in 1961. Het behandelt de Nederlandse molens in al zijn uitvoeringen en alle technieken die er in verwerkt zijn worden besproken. Een mooi formaat boek met bijna 200 bladzijden waarin hele informatieve tekeningen zijn opgenomen.Lezen dus!

Zondag naar de Hoop in Roosendaal. Mijn overal was uitgewassen, afgelopen donderdag heb ik er koffie over geknoeid en ook is er wat olie of vet op achtergebleven. Toen bleek er ook nog eens een knoop los te zitten. Dus ook die zit nu weer vast.

Om ietsjes na half twee was ik er, Niek en Joep waren ook net binnen. Dus we konden direct aan de gang. De wind was ZW 4 Bft en de molen stond ongeveer goed. Eerst even naar boven om te kijken of er nog iets gekruid moest worden. Tja soms leek het wel en soms leek hij goed te staan. Ondertussen waren de steen uitgelicht en uit zijn werk gezet, de as gesmeerd, de pal en de kneppel in de juiste stand gezet en het vangtouw door een gat naar buiten gevoerd. We besloten om hem te laten staan zoals hij stond en er 'twee halve' op te leggen.
Twee halve betekend dat er 1 zwichtlijn wordt losgelaten en de andere twee worden vastgezet. Daarna kan vanaf het linker ondertouw een gedeelte van het zeil worden opgerold. Samen met Jesse heb ik het eerste zeil voorgelegd en opgerold.
Daarna kon ik de vang lichten en het gevlucht op zijn  kop zetten zodat het andere end van dezelfde roede beneden kwam. Ook daar op dezelfde wijze een halve opgelegd.
De piketten in de grond gestoken en de rood/witte kettingen als afzetting weggezet. Tenslotte dienen we wel veilig te werken en eventuele bezoekers moeten er op gewezen worden dat de ronddraaiende wieken gevaarlijk zijn. Deze komen met 55 tot 70 kilometer per uur langs en zo'n gevlucht weegt een ton of 8 - 9. Dat is net zo iets als een aanrijding met een vrachtwagentje. En daar wil je ook niet voor staan.

We hebben de molen even voor de prins laten draaien. Dat ging lekker, tijdens een vlaag kwam er een behoorlijke snelheid in en bij een zaam ging het wat gemoedelijker.
Ondertussen was Joep samen met Niek naar boven gegaan. Daar staan nog 8 zakken mais die gemalen kunnen worden. Na 5 minuten hebben we de molen weer stilgezet en in zijn werk gezet. De vang weer gelicht en de steen begon te draaien. Eerst wat langzaam, maar al spoedig sneller. Nadat de steen werd bijgehouden begon deze te malen. Niek en Jessie waren er maar druk mee. De grofte van het maismeel in de gaten houden, de steen uitlichten of juist bijhouden, af en toe naar boven om weer 25 kg in de kaar te storten. Na een uurtje of ietsjes langer waren de 8 zakken die er nog stonden gemalen. Dus de molen weer gestopt, uit zijn werk gezet en nog even gedraaid.

Niek wilde de achtermolen ook nog even laten draaien. Deze staat namelijk bijna altijd stil.
De achtermolen is een tweede koppel stenen in de kast van de molen. Deze staan voorin de molen, maar omdat je aan de achterkant binnenkom staan deze achterin de kast, dus logisch 'de achtermolen'.
De achtermolen heeft 5 minuten gedraaid en dat was weer genoeg, Joep kwam melden dat hij de stenen rook. Doordat de loper en de ligger elkaar af en toe raken krijg je zo'n effect als (vuur)stenen die tegen elkaar geslagen worden. Een typische verbrande stenen lucht.

De molen stilgezet, de zeilen geborgen, het onderste windbord er uit en alles weer vastgezet. Kruiketting opgeborgen en de bezetketting goed vastgelegd. De bliksemafleider aan de roede bevestigd. En binnen de steen in zijn werk gezet, bijgehouden, vangtouw binnen gehaald, met de pal het bovenwiel geborgd en met de kneppel de vangbalk vastgezet.
Alles goed op slot gedaan en we konden weer naar huis.



De temperatuur was 7 graden, de wind was ZW 4 Bft
De barometer daalde van 1009 naar 1008
Het dreigde te gaan regenen, maar dat viel mee. Het bleef droog.
Aantal praktijuren: 3,5

donderdag 23 februari 2017

Over buik- en schouderstukken

Donderdag 23 februari

Vandaag werd er storm voorspeld. In de ochtend gewoon harde ZW wind (5 Bft) en in de loop van de middag zou de wind aantrekken en vroeg in de avond toenemen tot een heuse storm.
De dag begon met een bezoekje van motormaat Pieter die 'een kado' bij zich had. Een stootcap zodat ik mijn kostbare hersenpan niet meer zou beschadigen. Met zijn drieën koffie gedronken.
Daarna met Toon overlegd en ik gaf aan dat we best nog wat konden draaien met de molen. Toon was het ermee eens. Nu stond de molen nog op het oosten, dus er moest eerst gekruid worden. Dat is elke keer weer een zware klus. Zeilen er op leggen was niet nodig, dus naar boven. De stenen uitlichten en uit zijn werk zetten. In de kap heb ik de kneppel en de pal vrijgezet en de as gesmeerd.  Daarna de afzetting op zijn plaats aangebracht. Deze afzetting is nodig om te voorkomen dat eventuele bezoekers een klap van de molen krijgen. Na het lichten van de vang draaide de molen lekker, af en toe redelijk hard. Met de remkleppen kon hij goed in toom gehouden worden. Na een paar uurtjes begon het te hard te waaien en hebben we de molen stilgezet.
Dat gaf ons wel de gelegenheid om de remkleppen eens af te stellen. De remkleppen bedienen we met een ketting aan de achterkant van de molen. Met die ketting kan je ze alle vier tegelijk open of dicht laten gaan. Maar de kleppen gingen niet alle vier gelijk open of dicht. Met een inbussleutel was dit af te stellen. Kleppen dicht gezet. Een klep was nu dicht. De andere drie staan een beetje of meer open. Met het sleuteltje de drie boutjes van een klep los draaien, de klep dichtdrukken en de boutjes weer vast. Volgende twee kleppen op dezelfde wijze. Nu sluiten ze allemaal tegelijk.

De molen aan de ketting gelegd en naar boven gegaan. Want ik had aangegeven dat ik nog wat vragen over had. Dus de vang bekeken, Deze bestaat uit 5 houten blokken die rond het bovenwiel liggen. Als we de blokken van rechts via boven naar links en naar onder bekijken zijn het achtereenvolgens het sabelstuk, kopstuk, schouderstuk, teenstuk en buikstuk. Na het bekijken van de kammen en het benoemen van de houtsoorten zijn we naar het halslager en penlager gaan kijken. Het halslager zit vlak achter het gevlucht en bestaat uit een houten blok met een holte waarin de as ligt, in deze holte ligt een metalen plaat als lager. Op dit lager steunt bijna het gehele gewicht van as en wiekengestel. Totaal om en nabij de 8 ton.
Het penlager zit aan het andere eind van de as en dat bestaat uit een broeksteen en daarachter houten blok en metalen plaat. Omdat de molenas eigenlijk een centimeter naar voren geschoven moet worden hebben we dit lager eens goed bekeken. Na veel oud vet weg geschraapt te hebben kregen we steeds meer zicht op dit geheel. Het blijkt dat een aantal houten plankjes zijn ingedrukt waardoor de as waarschijnlijk naar achteren is geschoven.
Waar we ook zich op kregen was een opening tussen het einde van de as en de tegel die er achter ligt. Hierin lijkt een opening te zitten waar we olie in kunnen gieten zodat het einde van de as beter gesmeerd wordt. Na veel gepulk met een schroevendraaier heb ik een heleboel oud vet verwijderd en hebben we de opening open. Nu hebben we er wat olie in laten lopen. Kijken wat er volgende keer gebeurt.

Het weer: circa 10 graden, af en toe een buitje en zeer winderig. 5-6 Bft
De barometer zakte van 1000 naar 990 hPa.
Aantal praktijkuren: 4,5

zaterdag 18 februari 2017

De Oude Molen.....

Ik wilde nog een paar kilo meel gaan halen en Karin en ik zijn naar de Oude Molen in Oude Molen gefietst. Dat is ongeveer 10 kilometer dus met een half uurtje waren we er. Op het moment dat we aangereden kwamen draaide de molen net heel langzaam. Er stond geweldig weinig wind.
Molenaar Adriaan de Vos stond voor de molen te kijken en we hebben met hem een praatje gemaakt over de bijzondere wiekvorm. Deze molen heeft namelijk op een roede die voorzien is van zelfzwichting.
Foto is niet gemaakt op de Oude Molen

Als een molenaar zeil mindert noemt hij dit zwichten. Zelfzwichting is een systeem wat de molenaar werk bespaart als de wind toeneemt of afneemt. Het werkt met kleppen zoals je hiernaast op de foto ziet. Deze kleppen kunnen draaien rond een as die niet in het midden van de klep zit. De wind druk daardoor de kleppen open als het gaat waaien. Om te voorkomen dat de kleppen te vroeg opengaan kan de molenaar gewichtjes aan een ketting hangen. Hoe meer gewicht hoe langer het duurt voordat de kleppen opengaan.

Op de stelling hield Marijn Kaufman toezicht en Adriaan zei ons daar eens te gaan kijken om meer te weten te komen over dit systeem.
Onderin de molen hebben ze een leuk winkeltje ingericht met toonbank en kassa, daar is ook de trap. Eerst kom je dan nog langs de buil en nog hoger op de maalzolder. Hier kan je naar buiten de stelling op. Marijn een handje gegeven en onszelf voorgesteld. Na de vraag nogmaals gesteld te hebben kregen we een behoorlijk uitgebreide uitleg en omdat de molen door windgebrek stilviel konden we ook nog eens bij de zelfzwichtende wiek gaan kijken. Een systeem wat de molenaar veel werk bespaart als het goed afgesteld en onderhouden is. Als er voldoende gewicht aan de ketting hangt gaan de kleppen op het juiste moment open en dicht zodat de molen enigszins met een bepaald snelheid blijft draaien.

Of we nog verder in de molen wilde kijken? Jazeker.... dus weer naar binnen en naar boven. Opvallend is hoe mooi bijna alles is, maar ja deze molen was in 2000 een totale bouwval. Alleen muren, zonder vloeren of enige andere inhoud. Er is een stichting opgericht en deze is aan de gang gegaan om de molen weer op te bouwen. In 2008 kon de vang voor het eerst gelicht worden en was er een mooie "nieuwe" molen bij in West Brabant.
Na alles bekeken te hebben zaten we bovenin de kap nog wat te buurten en dat werd Karin te veel. Dus die is naar beneden gegaan, wij zijn haar even later gevolgd en na afgesproken te hebben dat ik later dit jaar nog eens contact op zou nemen om bij hen af en toe eens mee te draaien heb ik met een zak volkorenmeel onder de arm afscheid genomen.


zondag 12 februari 2017

De Twee Gebroeders in Roosendaal

Eigenlijk zouden we vorige week zondag naar de Twee Gebroeders in Roosendaal gaan, maar door ziekte van de molenaars (in opleiding) is dat een week uitgesteld.


De Twee Gebroeders is in 1872 gebouwd door Lambertus de Wijs en de naam wijst naar zijn twee zonen, Adrianus en Petrus. Het is een stellingmolen met een vlucht van 26,20 meter. Er liggen nog twee steenkoppels in, een 16der met blauwe stenen en een 16der met kunststenen. Een opvallend detail vond ik het kruirad wat je in West Brabant weinig tegenkomt. Volgens Niek is dit een duidelijk Z-Hollandse invloed. 

Vandaag om half twee waren we er en het plan was om de blauwe steen open te leggen en de lagerpot weer van een beetje olie te voorzien. Want deze pot lekt of verbruikt olie en een keer of 4 - 5 per jaar moet hij gevuld worden.

Dus nadat we onze overall's aan hadden getrokken zijn we begonnen met de kaar, kaarbomen, deksels ed te verwijderen. Daarna konden de delen van de steenkuip verwijderd worden. Gelijk met de handveger hebben we alles af gedaan, want in deze molen wordt nog best veel gemalen en dat laat zijn sporen na.
Nu kan het staakijzer verwijderd worden, maar dat betekend dat eerst de ijzerbalk, waarin dat staakijzer gelagerd is er uit moet. Dit is een balk van 40 cm in het vierkant en ruim 1,5.meter lang. Deze zit met spieën in de vloerbalken van de luizolder vast. Dus met een vuist en moker naar boven. Spijker er uit getrokken, spieën losgeslagen en met vereende krachten de balk opzij geschoven en weggelegd. Met een kettingtakeltje kan nu het staakijzer omhooggetrokken worden. En elke keer weer is het een gedoe omdat de steenschijflopen in de weg zitten. Dit is een soort tandwiel wat boven aan het staakijzer zit. Deze steenschijfloop grijpt in het spoorwiel die onderaan de koningsspil vast zit.
Het staakijzer moet ongeveer 1,5 meter omhoog zodat we beneden werkruimte hebben.

Terug naar de maalzolder, daar ligt nu de loper vrij om deze met de steenkraan op te lichten. De steenkraan is een houten constructie zoiets als de tekening die bij galgje gemaakt wordt. Hieraan hangt een schroefdraadspindel met twee ijzeren beugels die dmv pennen aan de steen worden vastgemaakt. Door de steen nu rond te draaien draait de spindel omhoog en wordt de steen mee omhoog genomen.
Foto: geleend van Kees Vanger (die ontzettend mooie diaseries heeft gemaakt)

Als de steen hoog genoeg is kan deze voorzichtig gekanteld worden. Voorzichtig omdat de steen nogal zwaar is, een 16der weegt ongeveer 31 kg per cm dikte. Een nieuwe steen is ongeveer 40 cm dik en weegt ruim 1200 kg. Een oudere steen van 30 cm dik weegt dus ongeveer 900-1000 kg.

Midden in de loper, dat is de bovenste steen die ronddraait, zit een zgn rijn. Dit is een metalen deel waarmee de steen als het ware gelagerd is. Deze rijn draait op een taatslager, dit lager wordt gesteund door de bolspil. Het taatslager bestaat uit een bus waarin een beetje olie zit en een pen die daarin steunt.
Beide stenen hebben we schoongemaakt en bekeken. Maar de groeven in de stenen zien er nog zo goed uit dat we daar niets aan hoeven doen. Dus de taatspot gevuld met wat olie en de boel weer in elkaar gezet.

Ondertussen nog even in de molen rondgekeken, want elke molen is uniek door zijn bouw en toegepaste onderdelen. Ook in deze molen kom je weer onderdelen tegen waarvan je denk dat die ooit in andere molens dienst hebben gedaan en dat klopt ook. Want Niek weet zo te vertellen dat de donsbalk blijkt ooit een koningsspil te zijn geweest. De luitafel is een molenwiel geweest dat in de aandrijflijn van een vijzel heeft gezeten en zo zijn er nog meer onderdelen herkenbaar. Er is ooit uitgezocht dat een bovenmolen in Waddinxveen als donor heeft gediend. Deze molen is in 1861 gebouwd en in 1871 gedeeltelijk afgebroken. Hierdoor heeft de Twee Gebroeders waarschijnlijk dat Z-Hollandse kruirad. 




Temperatuur 2-3 graden, wind oostelijk kracht 3 Bft. Praktijkuren 3,5

donderdag 9 februari 2017

Monumentenwacht

Ik had besloten om vandaag op de fiets naar de Heimolen te rijden. Ooit al eens uitgedokterd wat de beste route was om te rijden. Door de polders bij Dinteloord, via de Rolleweg naar Oud Gastel en dan via de Achterdijk en Oudedijk naar de Parallelweg Zuid toe. Daar linksaf de Middenstraat in en dan de fietsbrug over. De Opperstraat volgen en dan de Noordhoeksestraat in. Via Zegge naar Rijksweg Zuid om dan na 22 kilometer bij de Heimolen uit te komen. Vandaag was er redelijk wind, 4 Bft Oostelijk.
Ik had de tijd wat te kort berekend en was dus pas om 4 minuten over 10 bij de molen. 
Toon en Wim stonden al op de uitkijk. 

Besloten werd om de molen in de juiste richting te kruien en dan alle 4 de zeilen er op te leggen. Zo gezegd zo gedaan. Helaas stond de molen in W-richting en moest dus volledig rond gekruid worden. Maar al snel stond hij mooi te draaien. Tijd voor koffie....

Toon wist te vertellen dat vandaag Dhr Konings van de Monumentenwacht kwam kijken. 

De monumentenwacht is een non-profitorganisatie die zich vanaf 1975 heeft ontwikkeld tot de provinciale specialist in:
  • het technisch inspecteren van monumentale gebouwen, historische interieurs, archeologische monumenten en historisch groen in Noord-Brabant;
  • het uitvoeren van kleinschalige (preventieve) onderhoudswerkzaamheden aan die monumenten;
  • het helpen van eigenaren bij het behoud en preventief onderhoud van hun monumenten;
  • het adviseren over een (kosten) effectieve instandhouding van monumenten;
  • het verspreiden van kennis over gebouwd cultureel erfgoed;
  • het adviseren van provinciale en gemeentelijke overheid bij het ontwikkelen van monumentenbeleid.
Bij een molen betekent het dat de monumentenwacht de gehele molen, van binnen en van buiten, komt inspecteren en de eigenaar verslag doet van eventuele gebreken die beter verholpen kunnen worden. De molen is al meer geïnspecteerd en Dhr Konings kwam dan ook met een rapport aan waarin de bevindingen van de vorige keer stonden. Na dit doorgelopen te hebben in hij de molen gaan bekijken. Voor ons was het etenstijd.

De molen staat rustig te draaien
Daarna ben ik nog een paar keer buiten gaan kijken hoe de zeilen er bij stonden. De molen draaide rustig, af en toe een beetje minder snel, maar hij liep gewoon lekker. 

De remkleppen van de wieken staan er een beetje raar bij. Sommigen sluiten niet goed, dus misschien moeten we daar toch eens aandacht aan besteden, de draaipunten smeren en de kleppen wat stellen. Ik heb al gezien dat daarvoor een inbussleutel 6 mm voor nodig is.
Verder hebben we nog met Dhr Konings meegelopen, meekijken waar hij specifiek op let. Zodoende ben ik er op gewezen dat de raampjes eigenlijk niet helemaal goed geconstrueerd zijn. Nu blijft er water onder de raampjes staan wat dan weer in de stenen kan doordringen. Met eenvoudige middelen, een beetje specie en wat lood, kan een vakman dit verhelpen. Daarna moet er een klein stukje van de raampjes af. Over het lopend en het staand werk was hij dik tevreden. Maar ja, de roeden, fokken, staart en spruiten zijn afgelopen jaar geschilderd. Dus dat zag er weer netjes uit. Komend jaar wordt de rest nog geschilderd. Ramen, deuren en ook bv de witte boogjes boven de ramen en deuren.
Daarna hebben we de molen stilgezet en de zeilen geborgen. Ondertussen heeft Konings het hekwerk en de roede goed bekeken en ook gekeken of alle moertjes en wiggen op zijn plek zitten.
Daarna zijn we de kap ingegaan. Na diverse molenwielen, het kruiwerk en de diverse andere delen te hebben bekeken moesten de luiken in voorkeuvelens, achterkeuvelens en boven de lange spruit open.
In het rapport stond iets over het aanlopen van de askop en het axiaal verplaatsen van de molenas. Door deze enkele mm te verschuiven zou de askop vrijlopen. Wel heeft de molenmaker de molenas iets omhoog gebracht, dat leek geholpen te hebben.
Pal, kneppel en de roekettingen aangebracht. Zo ook de bliksemafleider en de diverse sloten om de boel te beveiligen. Nog een beker koffie gedronken en daarna weer op de fiets gestapt om in de omgekeerde volgorde weer naar huis te gaan.


En dan een paar foto's die ik vandaag gemaakt heb.



Op de steenzolder vindt je de werkbank van de molenaar en natuurlijk ook de kuipen waarin de stenen opgesteld zijn.
Op de werkbank liggen o.a. de zgn bilhamers. Dit zijn hamers waarmee de groeven in de stenen gehakt worden. Door dit 'scherpsel' kan de steen malen.





Het weer: de temperatuur varieerde ietsjes rond de 0 graden, de wind was Oost 4 Bft later afnemend naar 2 en de barometer wees ongeveer 1026 hPa aan.
Aantal praktijkuren: 5