Vandaag heb ik eigenlijk middagdienst, maar ik had nog wat snipperdagen. Dus heb ik er maar een opgenomen en naar Roosendaal gereden. Jesse en Niek zouden op "de Hoop" zijn.
Net na half twee aanwezig en nog enkele minuten later kwam Wim ook aangelopen.
Na onze overalls aangetrokken te hebben is er eerst overlegd hoe de zeilvoering moest zijn. De ideeën liepen uiteen van 4 halve, 2 halve of helemaal geen zeil. Niek was het me me eens dat 4 halve vandaag de juiste zeilvoering moest zijn. Zowel voor het omhoog luien van de zakken als het malen. Daarna zijn we met de kruiketting en het spaakkettinkje aan de slag gegaan. Voor Wim was dit allemaal nieuw omdat het op een standerdmolen heel anders gaat dan op een rondstenen molen.
De bezetketting ligt naar beide kanten vast en de kruiketting gebruik je alleen om te kruien.
Ook de roeketting werd losgemaakt en we konden de molen op de wind gaan zetten. Veel kruien was niet nodig omdat hij redelijk goed stond. Wim dacht dat we vergaten om de kruiketting strak te trekken, dus maar uitgelegd dat dat niet nodig is omdat een standerdmolen niet uit zichzelf zal verkruien.
Daarna zijn we naar boven gegaan en hebben eerst gevoeld of hij goed op de wind stond en dat bleek bet te kloppen. Op weg naar boven de steen uitgelicht en boven de pal uit het bovenwiel gehaald, de kneppel los gemaakt, de steen uit zijn werk gezet en het vangtouw naar buiten gegooid.
Niek heeft de lagers gesmeerd en terloops uitgelegd dat de naam halssteen of halslager wel correct is, maar in Brabant gebruiken we van oudsher de uitdrukking 'baansteen' resp. 'baan'. Hij vindt het jammer dat de streekeigen woorden verdrongen worden door de boeken die we tegenwoordig gebruiken.
Terug naar beneden om de zeilen te gaan voorleggen. Eerst eens afgekeken hoe "een halve" ook weer in zijn werk ging. Dat viel mee, Niek deed het voor bij het eerste zeil en ik kon het bij het tweede end netjes voor elkaar krijgen. Jesse heeft het derde end gedaan en Wim de laatste.
Het kunstje is het zeil voor een deel uitrollen en de litsen achter de kikkers werken, de twee bovenste zwichtlijnen mee naar achteren nemen en vastzetten. Terug naar voren en de onderste zwichtlijn in het zeil rollen. Het zeil zover oprollen als mogelijk, een lits achter de zeilrol door achter een kikker en dan achter een heklat doorhalen en beide onderhoeklijnen vastzetten.
De afzetting weggezet en de vang gelicht. De molen kwam mooi op gang en draaide 40 - 50 enden. We hadden 14 zakken mais staan die naar boven moesten en Jesse en Niek zijn naar boven gegaan. Wim en ik bleven beneden en hebben eerst een zak of 6 buiten gezet.
Het luitouw kwam naar beneden en daar hebben we de eerste twee zakken aan gehangen. De plastic zakken gaan eerst in ouderwetse jutezakken omdat Niek bang is dat het anders een keer mais gaat regenen. Deze werden naar boven gehaald en zo steeds weer.
We hadden als een zak of 10 boven toen we bezoek kregen van een jong echtpaar met hun zoontje. En de vader was benieuwd wat er in de molen nog gedaan werd. Dus wat uitleg gegeven en omdat hij in 1971 was geboren was had hij het idee dat de molen 'hier' altijd al stond. Dus samen met Jesse uitgelegd dat de molen eerder op de kruising Philipslaan - Edisonstraat heeft gestaan en daarvoor uit België is gekomen.
Ze zijn ook nog boven gaan kijken, maar de jongen was geen stilzitter en moeder en zoon kwamen dan ook al weer snel naar beneden. Later volgde vader en zijn ze weer verder gaan fietsen.
De resterende zakken naar boven en daarna mocht ik de molen stoppen. Deze keer was ik in het bovenhuis en vroeg of ik hem daar mocht stoppen. Dat mocht, een heel aparte ervaring. Normaal zie je alleen het gevlucht afremmen en hoort wel iets piepen of knerpen. Maar nu sta je vlak naast de vang en zie je precies wat er gebeurt. Het vastklemmen van de vangblokken, dat ze zich om het bovenwiel trekken en dan zie je het bovenwiel afremmen. Hij stopte net voorbij de gewenste stand, maar dat geeft deze keer niet. Het steenrondsel weer in het bovenwiel en de vang weer lichten. Snel naar beneden en Niek heeft de stenen bijgehouden. Het malen begon.
Nou is het malen van deze mais niet zo heel moeilijk. Het hoeft maar een beetje gebroken te worden. Niet al te grof maar ook zeker niet te fijn. Eigenlijk is het geen malen, maar breken.
Jesse zijn moeder kwam ook nog even langs en heeft met Niek en Jesse staan praten, toen had ik het malen helemaal in de hand.
Alleen is me nog niet precies duidelijk hoe "de licht" werkt. Dat is een stelsel van hefbomen waarmee we de stenen kunnen uitlichten of bijhouden. Het principe is eenvoudig, maar om meel te maken moet je dat vrij secuur bedienen. Dat moet ik gaandeweg nog eens onderzoeken.
We hebben ongeveer 1,5 zakken gemalen en toen moesten we gaan uitspannen omdat het donker begon te worden.
Mooi voordat het donker was hadden we de molen weer zo staan dat hij de week wel zal overleven. Storm wordt er niet verwacht....
Het weer: eerst W en verliep langzaam naar ZW en de snelheid was 3 - 4 m/s wat neer komt op 3 Bft
De temperatuur was toch nog 9 graden en met af en toe zon was het soms lekker.
Aantal uren: 3,5